Open Source Fraudebestrijding
Begin augustus schreef ik een stukje over open source risicoanalyse software. Een paar dagen geleden zag ik in de krant een artikel over rampscenario’s en hoe ons land daarop zou kunnen anticiperen. Ik ben benieuwd of de heer Lesley Fer die column gelezen heeft, en wat voor software het Rampenbestrijdingsteam heeft gebruikt, en vooral wat die software gekost heeft. En zo ben ik ook benieuwd of onze mobiele telefoon aanbieders de column van vandaag lezen. Omdat er geen ‘vind ik leuk’ knop bestaat voor krantenartikelen, zullen we het wellicht nooit weten…
SPRINT, dat ongeveer een achtste van de Amerikaanse mobiele markt beheerst, heeft veel te winnen met het bestrijden van fraude. Sprint is in zee gegaan met een open source oplossing: Elastic Stack. Dit open source programma helpt Sprint om fraude te verminderen met maar liefst 90%. Elastic Stack is een programma dat logbestanden analyseert.
Elk stukje software op internet houdt verschillende gegevens bij. Een website bijvoorbeeld, houdt bij hoe laat, vanaf welk IP-adres, welke pagina opgevraagd wordt. Telefoonbedrijven houden bij hoe laat, vanaf welk nummer, naar welk nummer gebeld wordt. Dat zijn – per minuut – nogal wat gegevens. Het analyseren van die gegevens is geen mensenwerk meer. Computers kunnen die gegevens rangschikken, sorteren, en vreemde patronen herkennen. Ook banken hebben dat soort software nodig.
Een simpel voorbeeld: als een bepaald telefoonnummer elke minuut een ander telefoonnummer belt, dan is er waarschijnlijk iets aan de hand. Of als datzelfde telefoonnummer opeens 60 keer op een dag naar Spanje belt. Of als er opeens op één dag twee miljoen emails verstuurd worden vanaf een bepaald emailadres… Elastic Stack detecteert dit soort vreemd gedrag en stuurt berichten naar de systeembeheerders en managers.
Fraude kan dus verminderd worden door open source software. Dit kan voordelig zijn voor telefoonbedrijven, banken, en zelfs voor het Meldpunt Ongebruikelijke Transacties.
tinyurl.com/y8jkmbrx
elastic.co/products
tinyurl.com/n2g9crm
Open Source Space Robots Rock!
Altijd al een planeet willen verkennen? Dan had je maar bij NASA moeten gaan werken, want die hebben al vier Rovers naar Mars gestuurd. Rovers zijn kleine autootjes, met een heleboel wetenschappelijke apparatuur aan boord. Rovers kunnen vrij zelfstandig over ruige oppervlakten rijden en gegevens verzamelen. De electrische motors worden aangedreven door zonnepanelen. Maar er is nog een leuke planeet om te verkennen: De Aarde. En dankzij dit NASA open source project kan je met je schoolklas of met je studiegenoten een echte Rover bouwen. Niet voor 2.5 miljard dollar, maar voor 5000 gulden. Met materiaal dat je bij elke hardware store kan kopen. NASA heeft de ROV-E speciaal ontworpen voor scholen, en het duurt maar 200 mensuur om hem te bouwen. Als je over ‘enige’ technische kennis beschikt. Reken er maar op dat je er drie keer zo lang over doet. Toch is het een haalbaar project waarin vele aspecten van moderne robotica verwerkt zijn. Een uniek stukje ‘engineering’, maar er zit ook een app bij, software waarmee je de ROV-E opdrachten kan geven. Het hart van de ROV-E is een Raspberry Pi, een complete computer die nog geen 50 gulden kost. Die kun je door middel van talloze open source projecten helemaal naar je hand zetten. Gooi er nog een paar zelfgemaakte ‘wetenschappelijke’ instrumenten tegenaan op basis van de Arduino en met wat sensors van honderd gulden heb je een stukje levenservaring voor je leerlingen die ze nooit meer zullen vergeten. Open Source Space Robots Rock!
tinyurl.com/y8mc6lc2
opensourcerover.jpl.nasa.gov
xkcd.com/695
xkcd.com/1504
github.com/nasa-jpl/open-source-rover
Open Source Rampen
Iedereen kan zich de enorme schade die orkaan Irma aanrichtte nog goed herinneren. Maar wist u dat dit soort rampen in software van te voren geanalyseerd kan worden? Dit noemt met een Loss Modelling Framework of Risk Assessment Software. Geloof me, dat is super ingewikkeld.
Wetenschappers, planologen, overheden en verzerkerings-maatschappijen gebruiken dergelijke software om te voorspellen wat voor effect een bepaalde gebeurtenis, zoals een orkaan, tsunami, kernoorlog of ontploffende raffinaderij heeft op de maatschappij en de economie. Normaal gesproken is die software behoorlijk duur. Bedragen van rond de 150.000 USD zijn heel gewoon in deze branche.
Sinds kort is er ook een open source oplossing. Die is natuurlijk gratis, en zou door de overheid gebruikt kunnen worden om voorspellingen te doen over het effect van een sterke toename van vluchtelingen uit Venezuela, of het compleet stilvallen van de olieindustrie op Curaçao, het effect van een orkaan die over ons eiland raast of zelfs een epedimie van dengue, AIDS of varkensgriep.
De software heet OASIS Loss Modelling Framework en is sinds kort beschikbaar via Github. Het Oasis LMF biedt een open source platform voor het ontwikkelen, implementeren en uitvoeren van rampmodellen. Het gebruikt een volledige simulatie-engine en stelt geen beperkingen aan het soort modellen. Modellen zijn verpakt in een standaardformaat en de componenten kunnen van elke bron komen, zoals commerciële modellen makers, academische groepen en onderzoeksgroepen.
Juist op een klein eiland als Curaçao is het modelleren van rampen haalbaar, en nodig. Als we onze ‘resillience’ willen versterken, en dat is één van de Sustainable Development Goals waar onze regering zich aan verbonden heeft, is deze open en gratis software de moeite waard om te implementeren.
Collabora: Libre Office Online!
Vorige week schreef ik: LibreOffice kan helaas niet online werken, maar kan wel geïnstalleerd worden op Mac, Windows en Linux computers (inclusief Chromebooks). Maar dat is niet helemaal waar, want Libre Office kan al meer dan anderhalf jaar online werken. ‘t Is niet veel soeps maar het werkt wel, en het wordt actief ontwikkeld door Collabora, een open source consultancy bedrijf uit Engeland dat in 2005 opgericht is.
Het Collabora CODE project levert een LibreOffice server waarmee je, net als in Google Docs en Microsoft Office 360 online documenten zoals teksten, spreadsheets en presentaties kan opslaan en bewerken. Het mooie aan deze online documenten is dat meerdere mensen tegelijk aan hetzelfde document kunnen werken, en dat er altijd maar één versie is. Dus geen gedoe met ‘Track Changes’ of dat iemand alle wijzigingen moet verzamelen en in een nieuw document moet verwerken.
Zelf werk ik al een paar jaar samen met anderen aan allerlei online documenten: projectvoorstellen, begrotingen, presentaties, notulen… noem maar op. Dat doe ik meestal met Google Docs, want ik heb geen zin om voor Office 360 te betalen. Maar al mijn documenten bevinden zich op Google servers, waarschijnlijk in de Verenigde Staten, waar er geen privacy bescherming is.
Met Collabora kun je je eigen documenten zelf op je eigen servers bewaren, en dus heb je volledige controle over de gegevens. Ideaal dus voor scholen, grotere organisaties en bedrijven, en de overheid. Collabora werkt goed samen met OwnCloud (dat al langer bestaat) en NextCloud (van Collabora). NextCloud is net zoiets als Google Drive of Microsoft OneDrive, maar dan heb je alle teugels zelf in handen en ben je niet uitgeleverd aan grote bedrijven ergens in het buitenland.
Open source betekent altijd: meer zelfstandigheid, en meer privacy!
collaboraoffice.com/code
nextcloud.com/collaboraonline
civihosting.com/blog/nextcloud-vs-owncloud
Open Source Alternatieven
Voor de mensen die denken dat Powerpoint hetzelfde is als presentatiesoftware; en voor de mensen die denken dat spreadsheets altijd met Excel gemaakt worden; voor hen die denken dat Photoshop het enige fotobewerkingsprogramma is; en voor de mensen die denken dat software alleen maar ‘gehacked’ of ‘gekocht’ kan worden, is er goed nieuws: open source alternatives! Op deze website wordt voor de meeste gebruikte commerciële (gesloten) software een open source (en gratis) alternatief geboden. En vergis u niet: gratis is niet altijd open, maar open is wel altijd gratis. Neem nou Powerpoint. Dat is software van Microsoft die helemaal niet gratis is, en zeker niet open. Maar er zijn genoeg alternatieven: Google Sheets (gratis, maar niet open), Prezi (ook gratis, en ook niet open) en LibreOffice Present (open en dus gratis). Google Sheets en Prezi werken alleen via Internet, en zijn dus goede keuzes in deze tijd. Ook MS Office kan on-line werken sinds Office 360. LibreOffice kan helaas niet online werken, maar kan wel geïnstalleerd worden op Mac, Windows en Linux computers (inclusief Chromebooks). Je zou dus zomaar een gratis en open computersysteem (Linux/ChromeOS) kunnen gebruiken met daarop een gratis en open ‘Powerpoint’. Lijkt me ideaal voor onderwijsinstellingen! Zo zijn er vele alternatieven voor de meest bekende software. Voor het peperdure ArcGIS, is er QuantumGIS (QGIS). Cognos BI Suite? Zie Pentaho Open BI Suite. Blackboad? Moodle. Kaspersky vraagt u? Clam Antivirus is het antwoord. Adobe Premiere? Kino, Avidemux, Kdenlive, Cinelerra of Openshot. Kiest u maar. En hoewel sommige gesloten software voor professionals onmisbaar is, is 90% van alles wat u wilt doen uit te voeren met open (en dus gratis) software.
Microsoft koopt Github
Als je open source software maakt, is github dé plek om je source code te parkeren, en daarmee ook gelijk te delen. De uitvinder van Linux, Linus Torvalds, heeft git ontwikkeld om software te delen en er samen aan te werken.
Github is een plek waar je gratis je eigen open source software kan parkeren en beheren. Microsoft heeft ook zo’n plek op Github. Je kan daar een deel van de software die Microsoft gebruikt, downloaden, bestuderen, bewerken, verbeteren, en weer uploaden. In principe kun je dus bijdragen aan de software van Microsoft! (Nou, als dat niet motiverend is om met open source aan de slag te gaan, wat dan wel?).
Bovenstaande regels schreef ik op 3 juli 2015. We zijn nu twee jaar verder en wat blijkt? Github wordt opgekocht door Microsoft. En dat vinden veel developers niet leuk! Microsoft houdt ervan om bedrijven op te kopen en wat dan meestal volgt is een stille dood van het bedrijf of een slechtere versie van de software. Daar zijn door de jaren heen heel veel voorbeelden van. Microsoft was dé grote tegenstander van open source, maar is daar op teruggekomen. Maar een overname van Github gaat velen te ver, en er zijn nu al duizenden projecten die overstappen naar Gitlab, dat ook nog andere voorbeelden biedt.
Microsoft is er tot nu toe niet in geslaagd de harten van de echte programmeurs te winnen. Meer dan 100.000 projecten zijn al vertrokken, en we moeten afwachten waar Microsoft 7.5 miljard dollar voor betaald heeft. Toch zijn ook veel developers tevreden met de overname. Maar de reden voor de overname is toch vrijwel zeker om ervoor te zorgen dat Microsoft meer controle heeft over de open source wereld. En daar kan niks goeds van komen!
Google, Microsoft en GNU/Linux
De Google Chromebook werkt op ChromeOS. Dat is het operating system dat Google zelf ontwikkeld heeft, op basis van GNU/Linux. ChromeOS is slechts gedeeltelijk open source (ongeveer 95%) maar GNU/Linux is 100% open source. Ook het door Google ontwikkelde Android is gebaseerd op Linux. ChromeOS is een browser-based OS, dat wil zeggen dat je alles via de browser doet (Google Chrome). Je kan dus geen software downloaden op ChromeOS. Daar gaat nu verandering in komen, volgens Google. De mogelijkheid om Linux programma’s te installeren komt er binnenkort aan. Daardoor wordt ChromeOS nog krachtiger dan het al was, want behalve browser-based software kan je met ChromeOS ook Android apps gebruiken, en binnenkort ook programma’s zoals fotobewerkingsprogramma The Gimp en editors zoals Atom.
Ook Microsoft, die in de jaren ’90 vond dat Linux een ‘kankergezwel’ was, brengt voor het eerst een eigen versie van Linux uit. Omdat Linux open source is kan elk bedrijf een eigen versie uitbrengen, en Microsoft doet dat onder de naam ‘Azure Sphere OS’. Azure Sphere speelt in op de vloedgolf aan Internet of Things (IoT) aparatuur die vaak inherent onveilig is. Door Linux als operating system te gebruiken op deze apparatuur en die te integreren met Cloud-diensten en Windows 10, wil Microsoft een veiliger IoT creeëren op basis van Linux.
Linux is het meest gebruikte operating systeem voor supercomputers, en de ‘Cloud’ draait voor 90% op Linux. Bijna alle netwerkapparatuur zoals routers, firewalls en wireless access points draaien op Linux. Miljoenen Android telefoons en straks dus ook miljoenen IoT apparaten draaien op Linux. De vraag is: wat draait er eigenlijk niet op Linux? En als je een carriére in IT wil, waar moet je je dan in verdiepen? Juist: Open Source en Linux.
Open Papiamento
Van 22 tot 24 maart werd in Curaçao de twintigste ‘Islands in Between’ conferentie gehouden. Officieel heet dit gebeuren: ‘Annual Eastern Caribbean island cultures conference on the languages, literatures and cultures of the Eastern Caribbean’. In 2008 kwamen verschillende wetenschappers en studenten uit onder andere Puerto Rico, Barbados, Aruba, St. Maarten en de Virgin Islands ook op Curaçao bij elkaar.
De deelnemers presenteren hun ideeën (een ‘abstract’) en werken aan een artikel. Alle artikelen worden elk jaar in een boek gebundeld en gepubliceerd. Dit jaar hield Dr. Marta Dijkhoff, bijgestaan door Manuel Ortega en Ace Suares, een presentatie getiteld ‘The use of free software in a Creole context: the case of Papiamentu’.
Daarin werd betoogd dat ‘minderheidstalen’ en ‘creoolse talen’ zoals Papiamento, gebaat zijn bij open source software, omdat ten eerste de gereedschappen die je nodig hebt om onder andere woordenboeken en spellcheckers te maken, gratis zijn en aangepast kunnen worden aan de specifieke eisen van de taal, en ten tweede omdat niet-open source software vaak geen tijd en/of geld besteed aan het opnemen van deze talen. Kijk maar naar Google, Facebook en Microsoft: hoewel in vele talen beschikbaar, zijn deze niet in Papiamento beschikbaar en er is ook geen mogelijkheid om deze talen toe te voegen.
Bij open source software zoals Ubuntu, Firefox en LibreOffice daarentegen, is het heel eenvoudig om een taal toe te voegen. Het hangt dan van de inzet van diegenen die de taal spreken en schrijven af of er ook daadwerkelijk een complete vertaling mogelijk is.
https://docs.google.com/presentation/d/1n2XLT2OXapPGzvdXzzXloKgj23tEJh6ib2trIj0Djns/edit
http://humanidades.uprrp.edu/ingles/?page_id=2438
https://papiamentu.info
abclink.info
Open Educational Resources (1)
Naar aanleiding van de discussie over digitale leermiddelen en open source, ben ik gevraagd de serie over Open Educational Resources te herhalen. Origineel: juni 2013.
UNESCO is van mening dat universele toegang tot onderwijs de sleutel is tot het bouwen aan vreedzame en duurzame sociale en economische ontwikkeling. Open Educational Resources (OER) is een strategische keus om de kwaliteit van het onderwijs, alsmede de beleidsdialoog, kennisuitwisseling en capaciteitsopbouw te bevorderen en te verbeteren.
Open Educational Resources zijn lesmaterialen, lessen of onderzoeksmaterialen die zich in het publieke domein bevinden, of vrijgegeven zijn met een licentie die het mogelijk maakt om ze gratis te gebruiken, te bewerken en te verspreiden. Wat UNESCO eigenlijk zegt, is dat door het wereldwijd bevorderen van ‘open lesmateriaal’ dat gratis toegankelijk is, meer kinderen beter onderwijs kunnen krijgen.
Bij het maken van lesmateriaal speelt software meestal niet zo’n grote rol. De kosten zitten hem in: een deskundige op het vakgebied; onderwijskundigen die het didactische aspect in de gaten houden; illustratoren die de methode mooi en met relevant beeldmateriaal aanvullen; projectleiders.
Op Curaçao werkt men in het Funderend Onderwijs met programma’s van grote Nederlandse uitgevers, zoals Ambrasoft, Alles Telt, en Taalactief, die heel veel geld hebben gekost. Echter: het beeldmateriaal, de voorbeelden, sommige woorden en uitdrukkingen zijn allemaal op Nederland en de Nederlandse cultuur gericht. Als een kind drie ‘bomen’ moet tellen, lijken die op eiken of beuken en niet op wabi’s of divi-divi’s. Curaçao zou er goed aan doen om meer eigen methodes te ontwikkelen, waarbij het beeldmateriaal in een open content database beschikbaar is, en de instructietaal aangepast kan worden. Daarbij kan open source software gebruikt worden om een raamwerk te bieden waarbinnen educatieve software ontwikkeld kan worden.
http://www.unesco.org/new/en/communication-and-information/access-to-knowledge/open-educational-resources/what-are-open-educational-resources-oers/
http://www.unesco.org/new/en/communication-and-information/access-to-knowledge/open-educational-resources/
Gratis Onderwijs door Open Source
Kan de overheid het gratis onderwijs bekostigen door gebruik te maken van open source software?
Bestrijding van inefficiëntie is kostenbesparend. Ver doorgevoerde automatisering. Papierloze kantoren. Perfecte onderlinge communicatie. Centraal beheerde servers met ‘thin’ workstations, en zoveel mogelijk web-based applicaties. Uiteindelijk kan volstaan worden met iets als een Chromebook of Android Tablet voor de meeste werknemers. Veel minder onderhoud! Geen virussen! Dus, automatiseren bespaart kosten.
Maar ook op de kosten van automatisering kan flink bespaard worden. Een ambtenaar belast met IT rekende mij voor dat de overheid ruim 12 miljoen per jaar aan licenties betaalt. Maar als je alle stichtingen en overheids NV’s meerekent, loopt dit bedrag wellicht op tot iets tussen 19 en 30 miljoen per jaar. Geld wat rechtstreeks naar het buitenland verscheept wordt zonder dat je er echt iets voor terugkrijgt. De overheid wordt namelijk geen eigenaar van de software, maar krijgt die alleen in bruikleen. Als we daar eens op zouden gaan besparen (door meer open source te gebruiken) kunnen we al een groot deel van het gratis onderwijs bekostigen. En wie weet, wel een voorbeeldland worden in het Caribisch gebied.
https://opensource.com/education/16/8/open-source-textbooks
https://tech.ed.gov/open/
http://www.gnu.org/education/edu-schools.en.html
http://www.unesco.org/new/en/communication-and-information/access-to-knowledge/open-educational-resources/