Hewlett Packard Enterprise is dol op open source. CTO Martin Fink zei dat open source centraal zal staan in het nieuwe bedrijf dat zal ontstaan na het opsplitsen van HP in November. Het gebruik van open source is niet nieuw voor HP. Achter de schermen levert het al jaren een belangrijke bijdrage aan een aantal open source projecten. Onder andere drivers voor HP Linux Imaging en Printing (HPLIP), zodat de meeste printers en scanners werken onder Linux. “We leveren de grootste bijdrage aan het OpenStack project,” zei Fink. Openstack is de open source ‘cloud’ die een flink marktaandeel heeft verworven en nog steeds groeit.

Deze week werd HP Grommet, een nieuwe gebruikersinterface die speciaal is afgestemd op enterprise applicaties, door HP onder de Apache-licenties vrijgegeven. “Ik wil hier iets benadrukken. Het is niet HP Grommet. Het heet gewoon Grommet”, zegt Fink.

Grommet is ontstaan toen klanten gingen klagen dat verschillende HP-producten niet goed met elkaar integreren. “Simpele dingen zoals de zoekbalk die niet overal op dezelfde manier werkt, of dat je voor het ene ding duizend klikken nodig hebt en ergens anders maar vier.” legde Fink uit. Om dit probleem aan te pakken nam HP user interface software van een aantal van haar producten, waaronder de HP OneView IT management software, en verpakte die in een (her)bruikbare bibliotheek die nu Grommet heet.

Alle nieuwe Hewlett Packard Enterprise software wordt geleverd met een user interface gebaseerd op Grommet. Bovendien worden ontwikkelaars aangemoedigd om Grommet uit te breiden en te verbeteren. “Als er enige vorm van functionaliteit ontbreekt, bouw die dan maar. Dit is de manier waarop we in de toekomst werken.” aldus Fink. “Open Source is nu mainstream het is een deel van het weefsel van alles wat we doen.”

hplipopensource.com
tinyurl.com/adhpfink
hp.com/go/opensource

Samenwerking. Daar gaat het om in moderne organisaties en bedrijven. En vanuit die behoefte zijn er programma’s ontwikkeld die samenwerking ondersteunen, de zogenaamde ‘collaboration tools’. Software zoals Novell Groupwise, IBM Lotus, Microsoft Exchange en Zimbra stellen de organisatie in staat om een hoger niveau van samenwerking te bereiken.

Van de genoemde collaboration tools is er slechts één beschikbaar als open source. De ‘Zimbra Open Source Edition (OSE)’ levert email, een agenda, takenlijsten, documenten en adresboeken. Zimbra werd in 2007 door Yahoo! gekocht en in 2010 nam VMare het over. Sinds 2013 is Telligent de eigenaar.

Zimbra is gebouwd op een hele serie open source programma’s, zoals Postfix, Amavis, openLDAP en vele andere. Er is een gratis OSE versie en een vrij prijzige ‘Netwerk Editie’, en een flink aantal bedrijven bieden ‘hosted’ Zimbra aan. In het laatste geval wordt het systeembeheer door de aanbieder uit handen genomen, maar daar betaal je ook voor.

Zimbra heeft een prachtige web-client voor het online afhandelen van mail en afspraken. Deze web-client is snel en voelt aan als een desktop applicatie, en vele organisaties laten Outlook voor wat het is en stappen over op de on-line Zimbra web interface. Zimbra werkt verder naadloos op smartphones en tablets, en is ook te gebruiken met Outlook of Thunderbird.

In Curaçao zijn er een aantal organisaties die al geruime tijd naar tevredenheid met de Open Source Edition van Zimbra werken, met tot wel 800 email adressen op één server! Het  prijsverschil tussen Zimbra OSE en andere oplossingen (inclusief de Zimbra Netwerk Editie) kan oplopen tot wel honderdduizend gulden per jaar (afhankelijk van de grootte van de organisatie). Stanford University gebruikt het al sinds 2008, evenals vele andere instellingen en bedrijven wereldwijd, en volgens Telligent zijn er minstens een half miljard Zimbra gebruikers.

Ook voor de overheid en scholen is Zimbra een kostenbesparende oplossing. Eenvoudig in beheer, minimale hardware kosten, en geen licentiekosten zorgen voor een duurzame email, agenda en collaboration oplossing.

www.zimbra.com
www-01.ibm.com/software/lotus
www.novell.com/products/groupwise
products.office.com/exchange
itservices.stanford.edu/service/emailcalendar

Het is en blijft de achilleshiel van open source: een goed open source boekhoudpakket.

Veel bedrijven die overwegen om helemaal op open source over te stappen, stuiten op een gebrek aan open source programma’s voor de financien. Daar komt nog bij dat ‘iedereen’ Quickbooks gebruikt, en men elkaar aanraadt om daar vooral niet van af te wijken.

Intussen heeft de ‘cloud’ haar intrede gedaan, en maakt men steeds vaker gebruik van Quickbooks online, of alternatieven zoals Twinfield. De traditionele boekhoudpakketten zoals Quickbooks en Exact, die zich moeizaam en met veel vallen en opstaan ontworsteld hebben aan MS DOS, en daarna over moesten op MS Windows, en versie na versie uitbrachten om maar gelijke tred te houden met de willekeurige veranderingen die dat met zich meebracht, worden nu links en rechts ingehaald door kleine startups zoals Wave, Zoho, Twinfield en anderen, die de voordelen van een cloudservice uitbuiten om met grote stappen een voorsprong te nemen.

In de open source wereld is het niet anders: GNUCash, Turbocash, en andere pakketten die ‘vastzitten’ aan het operating systeem, worden ingehaald door online diensten. Met dat verschil, dat een aantal online diensten zelf ook open source zijn, zoals Odoo, ERPNext en LedgerSMB. Bij nader onderzoek blijkt dat de open source (online) boekhoudpakketten niet meer op zichzelf staan, maar altijd een onderdeel zijn van een ERP oplossing.

Met de intrede van online boekhoudpakketten – open source of niet – hoeft de overstap naar open source geen probleem meer te zijn. Immers, het grootste obstakel, de boekhouding, kan nu online gedaan worden met een browser, of die nu op OSX, iOS, Windows, Linux of Android draait.

gnucash.org
github.com/odoo/odoo
ledgersmb.org
github.com/frappe/erpnext

De Canadese Ayah Bdeir (1982) is de oprichtster en directeur van littleBits, een verzameling open source electronica die aan elkaar gekoppeld kan worden met magneten.

Om te begrijpen wat littleBits zijn, moet je echt even naar de website gaan: littlebits.cc Wat je daar vindt zijn electronische modules, die heel makkelijk en maar op een manier aan elkaar gekoppeld kunnen worden, en waarmee elk kind de basis van electronica kan leren. Als voorbeeld kun je de module met de batterij (de power module) koppelen aan de module met de schakelaar (de switch module) en die weer aan de module met het lampje (de LED module) en dan heb je een electronisch circuit, waarbij je met een knopje een lampje aan en uit kan doen.

Heel simpel, maar met littleBits kan je ook een complete syntheseizer bouwen en muziek maken, of je huis automatiseren (lichten die aan en uit gaan als je fluit), of een Mars Rover bouwen (een kleine auto met sensors die op ontdekkingsreis kan).

littleBits werkt voor dit soort speciale projecten samen met Korg (van de syntheseizers) en NASA (van de Mars-missies). En alsof dat nog niet genoeg is, kan je met de hardware development kit (hardware ontwikkelings doos) zelf nieuwe modules ontwerpen voor littleBits!

De electronische circuits van littleBits zijn open source. (Eigenlijk: open hardware, maar dat komt op hetzelfde neer.) De blauwdrukken van de circuits kan je downloaden op github, en als je wilt, zelf nabouwen. littleBits gaat dus van een simpele schakeling, via ingewikkelde projecten, tot aan het zelf begrijpen van electronica, tot en met het zelf ontwikkelen van electronica. Ideaal voor scholen, dus!

littlebits.cc/shop
github.com/littlebitselectronics/eagle-files
ted.com/talks/ayah_bdeir_building_blocks_that_blink_beep_and_teach

Misschien denkt u dat het niet mogelijk is – of een 1 april grap – maar de laatste paar jaar begeeft Microsoft zich steeds vaker op het pad van de open source.

Begin deze maand (maar niet op 1 april) kondigde een topprogammeur van Microsoft op een conferentie aan, dat een ‘open source windows’ tot de mogelijkheden behoort. In de lawine van artikelen die er daarna door de online pers geschreven werd – in bladen zoals Wired, PCMagazine en ComputerWorld – twijfelt iedereen aan de haalbaarheid van zo’n plan.

Maar tegelijkertijd constateert men dat er de laatste jaren nogal wat veranderd is bij Microsoft. Voormalig CEO Steve Ballmer noemde Linux een kankergezwel dat alle vormen van ‘intellectueel eigendom’ zou verwoesten. Nog geen vijf jaar later werd CodePlex geopend, een heuse verzamelplek voor open source software voor Windows.

Vanaf 2009 begon Microsoft delen van de virtualisatie techniek Hyper-V te openen, en was daardoor zelfs een van de bedrijven die het vaakst aan Linux bijdroeg in 2012. En vorig jaar werd het .NET platform geopend. .NET is bij velen bekend als een platform om webapplicaties mee te bouwen. Satya Nadella, die Steve Ballmer als CEO opvolgde, heeft duidelijk een andere strategie dan zijn voorganger.

Ook op het cloud platform ‘Azure’ kan nu met Linux gewerkt worden. Het openen van een deel van de .NET structuur moet Microsoft helpen om vaker gebruikt te worden. Want tot nu toe werkt .NET alleen op Windows, en men erkent dat de meeste ontwikkelaars op Linux werken. Wil Windows relevant blijven als platform, dan heeft Microsoft geen andere keus!

codeplex.com
zdnet.com/article/top-five-linux-contributor-microsoft
theregister.co.uk/2001/06/02/ballmer_linux_is_a_cancer
wired.com/2014/11/microsoft-open-sources-net-says-will-run-linux-mac
blogs.msdn.com/b/dotnet/archive/2014/11/12/net-core-is-open-source.aspx

Twee weken geleden ging het in deze column over de ‘oorlog’ tussen browsers, en we concludeerden dat die oorlog al lang voorbij is, omdat alle browsers zich aan de open standaarden van W3C houden. Daarnaast zagen we dat de open source browsers 75% van de markt in handen hebben.

Een week geleden hadden we het over de oorlog tussen de Operating Systems, die nog in alle hevigheid woedt, en waarbij er meerdere winnaars zijn afhankelijk van het hardware platform. We hebben ook gezien dat Google probeert zijn Android OS te infiltreren op de andere platforms via de browser; via Arc Welder kan elke browser op elk OS gebruik maken van Android Apps. En ook Android is 90% open source.

Deze week gaat het over het nieuwe ‘front’ in deze ‘oorlog’: de Smart TV. Persoonlijk heb ik spijt van de aanschaf van een smart TV (dat is een TV met een ingebouwde computer, waarmee je op Internet kan). Het Operating System van mijn smart TV is namelijk allerminst open, het loopt achter wat betreft apps en de Koreanen bespioneren mijn kijk- en surfgedrag.

Ik heb veel meer aan mijn Chromecast (vergelijkbaar met Apple TV). AppleTV en Chromecast zijn de voorlopers van een nieuwe trend: computers zo groot als een USB stick die in elke TV passen. Intel heeft de ‘Compute Stick’, voor 149 USD inclusief Windows 8.1, en Google heeft de ‘Chromebit’, 99 USD maar natuurlijk zonder Windows (maar wel met ChromeOS). Samen met een draadloze toetsenbord/muis combinatie en elke TV wordt een volwaardige computer.

Met deze nieuwe ontwikkeling is de keuze tussen Operating Systems voor de TV opeens veel makkelijker geworden, en voor die prijs kan ieder gezinslid zelfs zijn eigen ‘computerstick’ aanschaffen. Ook voor scholen is dit interessant, want een goedkoop maar groot LED scherm wordt dan opeens een volwaardig digitaal bord!

en.wikipedia.org/wiki/Smart_TV
tinyurl.com/adcompstick
en.wikipedia.org/wiki/Chromebit

Vorige week hadden we het over de concurrentie tussen de verschillende browsers, en concludeerden dat de open source browsers meer dan 70% van de markt in handen hebben, terwijl het gesloten Internet Explorer van Miscrosoft nauwelijks nog meetelt.

De ‘oorlog’ tussen browsers is al lang voorbij, want ze volgen nu allemaal de internationale open standaarden zoals W3C. Afgezien van de veiligheidsproblemen van Internet Explorer maakt het dus niet veel meer uit welke browser je kiest. Europa verplichtte Microsoft vanaf 2009 tot december 2014 om de gebruiker een keuze te geven tussen verschillende browsers tijdens het eerste opstarten van het Windows operating system. En daarmee komen we op het volgende onderwerp: de oswars, oftewel het gevecht tussen de operating systems.

Op de desktop en laptop is Microsoft Windows niet weg te denken, en jarenlange pogingen van GNU/Linux distributeurs om daar verandering in te bregen hebben geleid tot nog geen 1% marktaandeel. Echter, op tablets en smartphones is het de omgekeerde wereld, want Microsoft heeft nog geen 3% van de markt in handen, terwijl Google Android het grootste aandeel heeft. En Google Android is, zoals u allen weet, gewoon Linux in een ander jasje.

Maar, Android apps werken niet op Windows, en Windows werkt al jaren op geen enkel ander systeem. Maar daar komt nu verandering in, want Google is er in geslaagd om Android apps in the Chrome browser te laten werken. Daarmee introduceert Google als het ware via de browser het Android OS op elk ander OS, gewoon door het via de browser te spelen. Geniaal, en een nieuwe stap in de strijd tussen browsers en operating systems om de aandacht van de gebruiker.

tinyurl.com/adchoice99
tinyurl.com/adarcwelder
tinyurl.com/admultiboot
manymo.com

Eind 1990 was er een ‘browser-oorlog’ tussen Netscape Navigator en Internet Explorer. Voor wie anno 2015 het woord ‘browser’ niet kent: dat is de software waarmee je op internet rondreist. Tegenwoordig zijn er vele browsers, om even een paar te noemen: Firefox, Chrome, Opera en Safari.

Eind jaren 1990 waren er eigenlijk maar twee: De Navigator van Netscape, een bedrijf van twee studenten die de browser bij wijze van spreken uitgevonden hebben, en Internet Explorer, een gedrocht van Microsoft dat werd toegevoegd aan Windows nadat Bill Gates had toegegeven dat hij zich vergist had en internet wel degelijk een nieuw wereldwijd fenomeen zou worden.

Omdat Explorer gratis en automatisch bij Windows werd geleverd en dus op 99% van elke nieuwe PC of laptop aanwezig was, werd Navigator al snel uit de markt verdrongen. Explorer hield er zijn eigen regels op na, waardoor een website die er in Navigator mooi uitzag in Explorer vaak niet werkte. Netscape zag het schip zinken en besloot in april 1998 de source code van de browser openbaar te maken. De source code werd door de Mozilla Foundation opgepikt en omgevormd tot Firefox, de nummer twee browser in de wereld, sinds Google Chrome de nummer één positie heeft overgenomen.

Chrome haalt bijna de helft, Firefox en Explorer zitten allebei rond één vijfde van alle bekeken webpagina’s. Uit deze interessante geschiedenisles kunnen we leren dat ondanks veel geld en oneerlijke marktpraktijken, de browser van Microsoft nauwelijks nog relevant is, terwijl de open source browsers Chrome en Firefox het heft stevig in handen hebben. Maar let op – de strijd gaat verder, nu er binnen de browser een compleet ander OS kan opstarten. Volgende week meer!

en.wikipedia.org/wiki/Browser_wars
project.waag.org/browssite
gs.statcounter.com
oreilly.com/openbook/opensources/book/netrev.html

Obama wordt weleens de ‘Open Data President’ genoemd. Op de eerste dag in het ovale kantoor liet hij al weten een ongekende openheid te willen creeëren in zijn regering. Op 9 mei 2013 kondigde president Obama een ‘Executive Order’ aan, waarin gegevens verzameld en geproduceerd door de federale regering van de Verenigde Staten meer open en toegankelijk worden voor het publiek. Het doel hiervan is innovatie te stimuleren, economische groei te bevorderen en de overheid transparanter te maken.

De gedachte hierachter is dat informatie een waarde heeft, en dat die waarde vermenigvuldigd wordt als de informatie beter toegankelijk is. Op 9 mei 2014 tekende hij een wet, de ‘DATA Act’, die de federale overheidsorganisaties verplicht om haar uitgaven in open data formaat te publiceren. Daarmee heeft hij dus gezorgd voor een meer transparante overheid. Ook in de begroting van 2016 wordt geld vrijgemaakt voor een meer open regiem wat betreft regerings data – zowel door de regering verzamelde data (onderzoek, statistiek), als door de regering geproduceerde data (begrotingen, uitgaven, subsidies).

Al eerder werden bepaalde gegevens openbaar gemaakt, zoals onder andere meteorologische gegevens. Dit leidde tot een hele nieuwe tak van industrie, zoals ‘the Weather Channel’, diverse adviesdiensten voor de agrarische sector, en nieuwe verzekeringsproducten. Ook het vrijgeven van GPS data (voor plaatsbepaling, iets wat eerst alleen een militaire aangelegenheid was) heeft vele innovaties opgeleverd, zoals navigatiesystemen voor vliegtuigen en populaire op locatie gebaseerde software, zoals Foursquare en vele andere.

Deze nieuwe industrie levert meer dan een biljoen dollars per jaar op. Obama wil daarom meer data vrijgeven, omdat er duidelijk een economische impuls uitgaat van open data. Op Curaçao heerst eerder een cultuur van het vooral beschermen van gegevens. Zo is het nog steeds niet mogelijk een basiskaart van Curaçao te verkrijgen met daarin de grenzen van alle wijken en buurten, of de ruwe data van de census op te vragen. Gegevens over aantallen studenten worden heel selectief verstrekt, en ook de zorgsector op Curaçao zou veel baat hebben bij openbaarheid van bepaalde, niet-privacy gevoelige data.

tinyurl.com/adobama4
en.wikipedia.org/wiki/Open_data
whitehouse.gov/open
opendatanederland.org
developingcaribbean.org

Mocht je na het stukje van vorige week je baan kwijt geraakt zijn omdat zelfs Windows software steeds beter wordt, dan is er hoop: omscholing. Of ‘continuous learning’, zoals het tegenwoordig heet. Het is een feit dat je nooit klaar bent met leren als je in de IT zit, en dat het steeds moeijlijker wordt naarmate je ouder wordt. En dat je dus maar beter jong kan beginnen met het leren van zo veel mogelijk verschillende technieken. Zoals Linux.

Linux is een deel van een operating system dat in 1991 ontwikkeld werd door Linus Torvalds, waarna hij het op Internet zette. Tot ieders verbazing is Linux, 24 jaar later, de beste en meest gebruikte kernel in de hele wereld. De tien snelste supercomputers draaien allemaal op Linux, en van de top 500 draait er maar 1 op Windows, tegenover 485 op Linux. In de embedded wereld (al die kleine kastjes die een eigen OS hebben, zoals je wifi-router) is Linux leidend, en in de cloud ook. Eigenlijk is alleen de desktop nog het terrein van Windows, en de desktop sterft snel af, gezien het enorme aanbod van tablets (waarvan minstens 50% op linux draait) en zaken zoals Desktop as a Sevice (veelal virtuele windows machines op een basis van linux servers). Banen die Linux kennis vereisen komen er steeds meer, getuige een jaarlijks trendrapport van de Linux Foundation.

Is er op Curaçao een Linux-opleiding? Is Linux een essentieel onderdeel van HBO+ opleidingen zoals de UNA? Ik ben bang van niet. Daarvoor moet je toch echt in het buitenland gaan studeren, of, zoals iedereen in de IT, cursussen volgen, omscholen, en ‘continu leren’.

google naar:
linux-jobs-report-2015
2013EmbeddedStudy
linux training