Overal hoor je muziek. Muziek is een van de meest beoefende uitingsvormen van het menselijk bewustzijn en verbindt mensen met elkaar. Voordat er opnameapparatuur was, was alle muziek ‘live’ muziek. Er was toen ook geen sprake van copyright of andere vormen van bescherming voor de componist of musicus. Als je een liedje hoorde, kon je het naspelen en er geld mee verdienen of gewoon plezier hebben.
Tegenwoordig is muziek beschermd door een aantal grote muziekbedrijven, lobby-organisaties (zoals de RIAA in de VS) en de wet, die een steeds langere periode van bescherming kent. De wet dateert uit 1709 en beschermde toen alleen boeken en schrijvers.
In 1886 tijdens de conferentie van Bern werd de basis gelegd voor het huidige internationale copyright. In de jaren 80 van de 20ste eeuw kwam er een tegenbeweging, die begon in de wereld van de software. Deze strekte zich langzaam uit tot muziek, literatuur en andere kuntvormen. Muziek waarvan het copyright verlopen is, zoals de meeste ‘klassieke’ muziek en een groot aantal werken uit de 19de en begin 20ste eeuw behoort tot het ‘publieke domein’ en daarmee mag je doen wat je wil – zelfs opnieuw op CD zetten en verkopen.
Muziek die nog onder het copyright valt wordt door de opkomst van Internet in grote hoeveelheden geconsumeerd zonder de artiest of platenmaatschappij daarvoor te betalen. Maar er bestaat nu ook veel muziek die gedownload kan worden met toestemming van de makers. Deze ‘free music’ of ‘copyleft music’ biedt meestal ook de mogelijkheid om zelf aan de slag te gaan met de muziek, zoals in een remix of bij gebruik in een film of toneelstuk. Websites zoals Opsound, OpenSonic, Jamendo, en Simuze helpen je de weg te vinden naar muziek die je mag luisteren, doorgeven, mixen, en gebruiken in je eigen werk.
http://www.squidoo.com/opensonics