Het ‘Domain Name System’ (DNS) is een (niet zo heel) complex systeem om ‘namen’ te geven aan getallen die alleen voor computers leesbaar zijn. Als u http://opencuracao.com intiept, dan zorgt DNS ervoor dat de voor u leesbare domeinnaam (opencuracao.com) wordt vertaald naar een IP-adres, in dit geval 178.63.22.204. Zonder DNS zou het Internet onbruikbaar zijn en daarom wordt er door technici veel aandacht aan besteed.
Eén van de gebieden waar Open Source verreweg het grootste deel van de markt bestrijkt is DNS. Het programma ‘Berkeley Internet Name Daemon’ (BIND) bestaat als sinds 1980 en verzorgt ongeveer 60% van alle DNS in de hele wereld. Ook de UNA, die ons .an en .cw domein beheert, maakt gebruik van Open Source (BIND). Closed Source DNS zoals Microsoft DNS, wordt in minder dan 15% van alle gevallen gebruikt. Een alternatief voor BIND is DJBDNS. Dit programma werd rond 2000 ontwikkeld door wiskundige Daniel J. Bernstein, die gefrustreerd was door de vele veiligheidslekken in BIND. Hij loofde zelfs een prijs uit voor het ontdekken van een veiligheidslek in zijn programma, en pas in 2008 werd een dergelijk lek gevonden. Nadat het lek gedicht was loofde hij een nieuwe prijs uit die tot nu toe niet uitgereikt is. NSD is een andere Open Source DNS server. De root-servers die de bron van het hele DNS zijn, worden beheerd door een aantal organisaties en zijn verspreid over het Internet, hoewel de meeste in de Verenigde Staten staan. De manier waarop BIND werkt, maakt het configureren van een nameserver een hele klus. DJBDNS blinkt uit in eenvoud, snelheid en veiligheid.
Toch is BIND de ‘de facto’ standaard voor DNS software, en het is frappant om te zien dat zelfs als er meerdere Open Source keuzes zijn voor DNS, de grote massa kiest voor ‘iets wat iedereen gebruikt’. Dit ondanks veiligheidslekken die – al meerdere keren – een verstoring van het Internet tot gevolg hebben gehad.
http://www.isc.org/software/bind